In Eindhoven werkt Waterschap De Dommel aan groot onderhoud aan het rioolstelsel tussen Leenderheide en de Rielsedijk – het zogeheten project ‘Onderhoud Riool Zuid’. Dit robuuste systeem, goed voor de afvoer van wel 100.000 badkuipen water per uur, is essentieel voor de regio. Het stelsel dateert uit de jaren 70 en is op deze locatie toe aan onderhoud. En dat gebeurt zoveel mogelijk schoon en emissieloos. We spreken met Patrick van Iersel, projectleider, en Vincent van Rijsewijk, innovator Watertransitie bij Waterschap De Dommel, over hoe zij deze duurzame ambities in de praktijk brengen.

Van beleid naar praktijk: SEB als startpunt

Duurzaam bouwen is geen onbekende voor De Dommel. Als ondertekenaar van het Convenant Schoon en Emissieloos Bouwen (SEB) neemt het waterschap duurzaamheid al standaard mee in projecten. “Het mooie aan SEB is dat je niet bij nul hoeft te beginnen,” zegt Vincent. “De vertaalslag van ambitie naar uitvoering ligt er al. Dat maakt het werkbaar en tastbaar.”


Bij nieuwe projecten wordt duurzaamheid vanaf de ontwerpfase meegenomen. Bij lopende projecten kijkt De Dommel waar nog ingegrepen kan worden. “Ons bestuur steunt die aanpak voluit,” vertelt Vincent. “Met een praktische checklist en hulp van een duurzaamheidscoach zetten we aanbestedingen steviger in de markt.”
 

Samen emissies terugdringen: elektrisch én slim werken

Project Onderhoud Riool Zuid is een goed voorbeeld van hoe samenwerking duurzaamheid kan versnellen. “We zijn vroeg met de aannemer om tafel gegaan,” vertelt Patrick. “Samen hebben we de uitstoot in kaart gebracht en bekeken waar we impact kunnen maken. Dat leidde tot de keuze voor een elektrische bronnering.”


Daarmee begint het echte werk: elektrificeren vraagt om samenwerking. “De aannemer ging op zoek naar partners die dit mogelijk konden maken,” aldus Patrick. “Maar emissieloos bouwen gaat verder dan alleen elektrisch materieel. Je kunt ook slimmer werken: geen lege ritten, efficiëntere planningen, kritisch kijken naar je proces.”
 

Het ‘elektrische treintje’: mobiliteit voorop

Die slimme aanpak werpt z’n vruchten af. “De werksnelheid en flexibiliteit zijn hoog,” zegt Patrick. “De aannemer en leveranciers hebben een compact en mobiel systeem ontwikkeld – een soort ‘elektrisch treintje’ dat eenvoudig verplaatst kan worden.”


Het systeem zit vol doordachte oplossingen. Denk aan kabels op haspels, universele stekkers voor al het handgereedschap, vaste medewerkers voor stroomvoorziening en een back-up op brandstof bij uitval. “Zo zorgen we dat het werk nooit stilvalt – en de uitstoot minimaal blijft.”
 

Uitdagingen horen erbij

Toch was de start niet zonder vragen. “We begonnen met koudwatervrees,” geeft Patrick toe. “Het gaat om drie kilometer aan werkgebied. Hoe regel je de stroomvoorziening zonder vertraging? En wat als je door te veel eisen juist goede aannemers uitsluit?”


Die zorgen bleken ongegrond. “Achteraf zijn we juist heel blij met hoe alles gaat,” zegt hij. “En dat geeft vertrouwen voor de volgende keer.”
 

In gesprek met de markt: "We moeten het samen doen"

Om innovatie verder te stimuleren, zoekt De Dommel actief de markt op. “We organiseren marktdagen waar we onze projecten en ambities delen,” vertelt Vincent. “Daar spreken we met aannemers over wat zij kunnen en hoe we daarop kunnen aansluiten. Alleen samen komen we verder.”


Subsidies helpen daarbij, maar ook de bereidheid van overheden om het voortouw te nemen. “Je moet als overheid stimuleren én ruimte bieden om te leren.”
 

De tip voor collega-overheden: begin gewoon

Vincent heeft een duidelijke boodschap voor andere overheden die aan de slag willen met SEB: begin klein. “Maak het behapbaar. Wij hadden ook niet meteen een perfect beleid. Je leert door te doen. En het mag ook eens mislukken, daar leer je van – als je maar begint. Dan kun je stappen zetten.”